Deze zomer is eindelijk de langverwachte vijfde film verschenen van de man met een zweep die wij vooral kennen als Han Solo: Indiana Jones and the Dial of Destiny. Een achtbaan vol avontuur en nostalgie met een bijzondere finale.
In de afgelopen tien jaar hebben we vele restarts/reboot/remakes gehad van succesvolle films uit de jaren ’80 en ’90. En in de meeste gevallen was het resultaat niet al te best, omdat je niet het gevoel van het origineel terugkreeg. Na drie hele goede films in de jaren ’80 was er de iets minder goed ontvangen film in 2008. Het personage Indiana Jones is nog steeds immens populair. En gezien Harrison Fords leeftijd was dit de laatste kans om nog een avonturenfilm te maken.
Petekind
Omdat de zoon van Indiana Jones (Mutt Williams, gespeeld door Shia LaBeouf) niet zo goed ontvangen werd, wordt er in dit deel een nieuw personage geïntroduceerd: namelijk Helena (Phoebe Waller Bridge), het petekind van Indiana. Ze komt haar peetoom na 18 jaar weer opzoeken en vraagt aan Indiana om met haar op avontuur te gaan om het levenswerk van haar vader af te maken. Maar natuurlijk zijn er ook vijanden, de nazi’s. Zij proberen eerder bij de schatten te zijn dan onze helden. En lukt dat niet? Dan pakken ze deze af terwijl Indy en zijn vrienden onder schot worden gehouden. Tot zover een bekend recept.
CGI
Om het een en ander duidelijk te maken over de achtergrond van het avontuur beginnen we in 1944. Harrison Ford is hierbij met de nieuwste technieken een flink stuk jonger gemaakt. Deze de-aging techniek heeft in de afgelopen jaren een mooie ontwikkeling doorgemaakt, al moet ik wel zeggen dat de scènes zich ’s nachts afspelen en dat is een beproefd trucje om wat minder moeite te hoeven doen om de special effects er goed uit te laten zien . In het donker zie je namelijk minder snel foutjes en oneffenheden. De meeste special effects waren heel goed en gingen vloeiend over in de werkelijkheid, al waren er soms wel wat haperingen – bijvoorbeeld in de scène met de astronautenparade. Maar deze film geeft hoop dat wellicht de franchise door kan zonder de echte Indiana Jones maar wellicht met een digitale versie.
Avontuur = Indiana Jones
De film zit vanaf het begin tot het einde propvol met achtervolgingen, schietpartijen, en ook het gevecht op het dak van een trein mag natuurlijk niet ontbreken. Als je bedenkt dat Steven Spielberg en George Lucas oorspronkelijk een James Bond-film wilden maken, maar daar vanaf zagen omdat ze Indy bedachten, dan doet deze film helemaal niets onder voor de recente James Bond-films die van achtervolging naar achtervolging gaan. Ook zit de film vol met nostalgie en verwijzingen naar eerdere delen. Wat zou bijvoorbeeld een wandeling door een grot zijn zonder de meest vieze insecten die uit het plafond komen vallen?
Deze film is zonder twijfel een waardig einde en een echte Indiana Jones film vol met avonturen, spanning en Nazi’s. Op een gegeven moment kreeg ik zelfs het echte oude Indy jaren ’80 gevoel terug en dacht ik dat het ze echt gelukt was een meesterwerk te maken.
Geen enkele kritiek?
En toen kwam het eind. Het is een geluk dat de eerste twee uur van de film zo goed is, want het einde slaat helemaal nergens op. We weten natuurlijk van deze franchise dat het niet allemaal op de werkelijkheid gebaseerd is en dat er af en toe een beetje magie bij komt kijken, maar dit slaat werkelijk alles. Het is jammer dat het verhaal daarbij zo ver van de werkelijkheid wegtrekt dat het het bijna verpest. Met de nadruk op ‘bijna’, want de rest van de film is hiervoor te goed. Voordat ik aan de film begon had ik verwacht dat ik drie uur erg lang zou vinden, maar in de praktijk viel dat erg mee. Het verhaal verveelt niet en er zitten weinig overbodige scènes in.
Conclusie
Mocht je nog twijfelen, ik raad je ten zeerste aan om deze film te gaan kijken, hij heeft een grote kans een klassieker te worden en zich in het rijtje van de andere Indiana Jones-films te voegen. Er valt nog heel veel te zeggen over deze film, maar ik ben vooral benieuwd wat jullie ervan vinden! Laat het ons weten in onze community!
Give ‘em hell, Indiana Jones!