Volgens de nooit bevestigde regel zijn vervolgen altijd minder goed dan een origineel. Deel twee kan nooit het origineel overtreffen. Star Wars heeft met The Empire Strikes Back echter al eens bewezen dat het wel kan. Want die film is volgens de gemiddelde fan beter dan A New Hope. Hoe voorkom je dit stigma? Door een semi-vervolg gewoon een compleet andere naam te geven.
De X-Wing-titel was een geweldige hit. De game waarin je vanuit de ogen van een X-Wing piloot het Star Wars universum kon beleven, sprak dromen aan van velen. Het gaf de ultieme fantasie; jij zat in je favoriete franchise, in misschien wel een van de tofste schepen die Lucas ooit bedacht heeft. Het ding was echter wel dat het vooral een fantasie was wanneer je daadwerkelijk in het Rebellenkamp je boom had geplant. Wilde je je kwadere bedoelingen kwijt, dan was dit niet het spel voor jou. Een antwoord op dit verlangen kwam daarom in 1994 naar de PC in de vorm van Star Wars: TIE Fighter.
Audiovisueel was TIE Fighter een grote stap vooruit
Eigenlijk was TIE Fighter gewoon een opvolger op X-Wing. Al zie je het hele verhaal natuurlijk vanuit de ogen van een piloot van The Empire. Je doel was om de Rebellen op te sporen, te vernietigen. Dat we te maken hadden met een vervolg op X-Wing werd dan ook snel duidelijk wanneer je keek naar de structuur van de game. Zo zijn er trainingsecties, ‘historical battles’ en de verhaalmodus. Niets wat onbekend klonk bij spelers die X-Wing al heel wat uren gespeeld hadden. Gelukkig deed TIE Fighter wel z’n best om te laten zien dat er flink wat ontwikkelingen aan de bekende formule toe waren gevoegd. Zo zag de game er grafisch indrukwekkender uit met betere 3D modellen, waarbij objecten veel gladder oogden. Het geluid had een flinke kwaliteitsverhoging gehad, er waren meer filmpjes, meer wapens en drieëndertig schepen om mee te spelen. Het was genoeg om een nieuwe aanschaf te verantwoorden.
De vele missies die te spelen waren voelde ook stuk voor stuk beter en doordachter aan. Er was meer te doen. De missie structuur was diverser. Zo waren er primaire missies, secundaire alsook bonus objectives om te behalen. Hierdoor kon jij je als speler focussen op het hoofdverhaal (de primaire missie) of om juist meer mee te pikken en je missies langer te laten zijn (de overige objectives in hetzelfde level). Hier werd de game niet alleen wat langer door, maar ook leuker. Voordat je aan een missie mee ging doen was de keuze daar om je schip te bewapen met raketten, bommen, torpedo’s of meer. Ieder wapen had natuurlijk zijn eigen statistieken. De ene was sterker, de andere sneller. Het was interessant om per missie aan te geven wat jouw voorkeuren waren, om zo tot een zo goed mogelijke conclusie te komen. Het bracht ook een vleugje strategie met zich mee; lichte raketten meenemen wanneer je missie vraagt om het neerhalen van een compleet ruimtestation is niet het slimste idee. Tijdens het spelen en ervaring opdoen werden je schepen en wapens beter en sterker, tot het moment dat jij je een ware TIE Fighter piloot waande wanneer je met het grootste gemak de Rebellen uit de lucht bleef schieten.
Ja, TIE Fighter was een geweldige game, echter blijft het veel op X-Wing lijken. Ergens zou je het best Star Wars: X-Wing kunnen noemen met een Imperial skin eroverheen. Missies voelen over het algemeen als iets wat je eerder hebt gedaan en hoewel alles net wat beter is, leek het stiekem op een herhalingsopgave. Echter, wanneer het origineel zo goed was, kan dat eigenlijk niet verkeerd zijn, toch?